Advies nodig? Neem contact op met Celsis

Kunnen wij jou ergens mee helpen?

T: 055 533 45 29

E: info@celsisbv.nl

Wat betekent de BRL 100 2.0 voor jou als installateur?

Dit houdt in dat jij verplicht bent om een kwaliteitshandboek voor F-gassen te hebben. Het moet binnen jouw organisatie helder zijn wie welke taken uitvoert en wie waarvoor verantwoordelijk is.

Tijdens BRL 100 training de BRL 100 training stellen wij samen met jou een handboek op, dat direct kan worden gebruikt binnen jouw eigen organisatie. In dit handboek worden de vereiste werkinstructies in detail beschreven.

Daarnaast zijn er specifieke procedures en eisen op het gebied van keuringen, kalibraties en op inspecties.

Keuring en kalibraties

Wij kunnen jou hier volledig in ontzorgen door middel van onze BRL 100 Kalibratieservice. Hierdoor bespaar jij ieder jaar tijd en kunnen jij blijven doen waar jij goed in bent. Omdat wij jou tijdig op de hoogte brengen van wanneer gereedschap weer gekalibreerd moet worden, weet jij zeker dat de jaarlijkse controle geborgd is.

Het is mogelijk de keuring en kalibratie van gereedschappen zelf uit te voeren. Hieronder lees je meer over hoe dit in zijn werk gaat.

Om de nauwkeurigheid van meters te waarborgen, kunnen ze zowel extern als intern worden gekeurd aan de hand van een gekalibreerde referentiemeter. Deze referentiemeter moet gekalibreerd zijn door een bedrijf dat geaccrediteerd is door de Raad van Accreditatie (RvA). Celsis werkt samen met Blanken Controls om dit te realiseren.

Heb jij meer dan één manometer? Dan kun je een gecertificeerde leverancier één manometer laten kalibreren en deze gebruiken als referentiemeter. Vervolgens kun je de referentiemeter en een niet-gekalibreerde manometer aansluiten op een stikstoffles en de waarde aflezen. Als beide meters dezelfde waarden aangeven, is er een geaccepteerde controle dat de meter nog voldoende nauwkeurig is.

Bij een vacuümmeter kun je de referentiemeter aansluiten en een niet-gekalibreerde vacuümmeter aansluiten op een vacuümpomp en de waarde aflezen om de nauwkeurigheid te controleren.

Om de nauwkeurigheid van een thermometer te controleren, kun je deze in een bakje ijswater leggen. Als de thermometer 0°C aangeeft, is er een goede indicatie dat de nauwkeurigheid voldoende is.

De werking van lekdetectietoestellen wordt gecontroleerd door middel van een monsterflesje gevuld met een testgas dat voldoet aan de eisen van NEN-EN 14624:2012. Als het toestel dit gas detecteert, is de nauwkeurige werking ervan aangetoond. Als er niets gedetecteerd wordt, kan het zijn dat het monsterflesje leeg is, het lekdetectietoestel defect is of onvoldoende nauwkeurig. In dat geval moet je een nieuwe meting uitvoeren.

Een weegschaal kan worden gecontroleerd met behulp van een zelfgemaakt ijkgewicht. Het is niet vereist dat dit gewicht een certificaat heeft volgens BRL 100. Hier moet een ID "ijkgewicht" op geplakt worden met het gewicht in kilogrammen. Ook moet je borgen dat het gewicht niet verandert in de loop der jaren. De weegschaal controleer je worden op M-aanduiding, verzegelingen, waterpas en conformiteitsverklaring.

Alle metingen moet je registreren en je moet een formulier opstellen waarmee deze registratie kan plaatsvinden. Tijdens de training wordt hier aandacht aan besteed. Van iedere referentiemeting moet een registratie worden bijgehouden waarbij de volgende gegevens moeten zijn vastgelegd:

  • Gemeten waarden van de referentiemeter.
  • Geconstateerde afwijkingen.
  • Gemeten waarden van het geteste instrument/apparaat.
  • Kalibratiedatum van de referentiemeter.
  • Identificatie van de referentiemeter en het geteste instrument/apparaat (unieke registratiecode).
  • Datum van de testmeting.
  • Medewerker/persoon die de testmeting heeft uitgevoerd.

Audit en inspectie

Elke twee jaar voert een geaccrediteerde certificeringsinstelling, zoals benoemd door de Raad van Accreditatie, een audit uit om te beoordelen of een bedrijf voldoet aan de eisen zoals vastgelegd in de BRL 100. Indien corrigerende maatregelen nodig zijn, moet binnen vier weken na implementatie van de maatregelen een herbeoordeling uitgevoerd worden. Hier zijn extra kosten aan verbonden.

Voor certificering sluit jij een overeenkomst af met de certificeringsinstelling, die vervolgens een audit en inspectie uitvoert. Tijdens de audit wordt beoordeeld of jouw bedrijf voldoet aan de algemene eisen en of alle procedures en werkinstructies beschikbaar zijn voor het personeel. Ook wordt gecontroleerd of de F-gassenregistratie is bijgewerkt en of de gebruikte instrumenten voldoen aan de eisen van de BRL 100 en gecontroleerd zijn op hun goede werking.

De inspectie heeft als doel om te controleren of jouw bedrijf voorzorgsmaatregelen heeft genomen om lekkage van F-gassen te voorkomen door zich aan de vastgestelde procedures te houden. Tijdens de inspectie worden ook interviews afgenomen en documenten beoordeeld om de volgende zaken vast te stellen:

  • Logboeken, f-gassenregistratie en de koudemiddelbalans worden gecontroleerd.
  • Als er verschillen zijn in de koudemiddelbalans, wat is hiervoor de verklaring.
  • Is er sprake geweest van lekkages bij apparatuur waaraan is gewerkt.
  • Is er een oorzaakanalyse uitgevoerd en zijn er maatregelen getroffen om te voorkomen dat dit nog een keer gebeurt.
  • Voldoet de geïnstalleerde apparatuur aan de vooraf gedefinieerde specificaties (bijv. installatieplan, offerte of opdrachtbevestiging).
  • Worden de werkinstructies toegepast bij de werkzaamheden.

Het aantal personeelsleden dat wordt geïnterviewd en het aantal projecten dat wordt onderzocht tijdens de inspectie, is afhankelijk van het aantal gecertificeerde personen waarmee het bedrijf een arbeidsovereenkomst heeft gesloten en het aantal gecertificeerde zelfstandigen dat de onderneming in het voorgaande jaar heeft ingehuurd.

Aantal gecertificeerde personen
Aantal interviews Aantal projecten
1 tot en met 3 1 2
4 tot en met 9 2 4
10 of meer 3 6